Voor de haastigen: Checklist voor het bereiden van een steak - waar je op moet letten.
Hier is alvast een korte checklist voor de bereiding van je steak, zodat je meteen aan de slag kunt of niet opnieuw door de verschillende paragrafen hoeft te scrollen. Gecontroleerd en tafel gedekt!
- Koop een hoogwaardige biefstuk van de slager (ik raad Rib-Eye aan)
- Hoe meer vet er in het vlees zit, hoe beter (intramusculair vet - de biefstuk moet idealiter een mooie marmering hebben)
- Zorg ervoor dat je biefstuk minstens 3 cm dik is (2-3 vingers)
- Zout je biefstuk royaal met fijnkorrelig zout en laat het open in de koelkast liggen (bij voorkeur op een klein rooster) voor minstens 50 minuten
- Voor een nog betere smaak laat je de biefstuk open en gezouten 24-72 uur in de koelkast
- Kies een kookmethode en kerntemperatuur
- Gebruik een BBQ-thermometer!
- Haal je biefstuk ongeveer 3 °C voordat het de optimale kerntemperatuur bereikt van het vuur, dek het af met aluminiumfolie en laat het ongeveer 10 minuten rusten
- Voeg aan tafel wat toe met mild en grofkorrelig zout (eventueel met versgemalen peper, als je wilt)
- Snijd het vlees dwars op de vleesvezels aan en geniet van je perfecte biefstuk!
Vlees kopen
De bakermat van geluk - Bij de vleeswarenafdeling
Voordat je vol vreugde de geur van gebraden vlees in je neus krijgt, moet je eerst naar de slager gaan. Als je een echt goed stuk steak op je bord wilt hebben, moet je naar de slager. Bij normale supermarktafdelingen zul je ook wel iets vinden, maar niet met plezier. Natuurlijk zie je de kwaliteit van het vlees terug in de prijs. Goed vlees is duur en dat is maar goed ook. Immers, voor elk stuk steak wordt een dier gedood. Eet liever minder vlees doordeweeks en dan één of twee keer echt goed. Dat is beter voor jou en ook voor de dieren.
Je staat dus nu in de rij bij de vleesafdeling met je boodschappenlijstje in de hand. Hoog gemotiveerd, vastberaden, zelfverzekerd en een beetje opgewonden. Eindelijk is het jouw beurt en dan komt de vraag: "Wat mag het zijn?". Eh, dat is een zeer goede vraag. Welke stukken zijn eigenlijk geschikt als biefstuk? En zijn er betere en mindere stukken?
Welk stuk is het meest geschikt?
Veel wegen leiden naar Rome, of beter gezegd naar een goed stuk vlees! Er bestaat niet zoiets als "het" perfecte stuk vlees. Eet je liever een zacht en mild stuk vlees of gaat je voorkeur uit naar een stevig, aardsere smaak? Of houd je van gevarieerde diversiteit in je keuken? Een rund is groter dan je misschien denkt en zo verschillend zijn ook de delen qua grootte en smaak. Neem rustig de tijd om naar de afbeelding te kijken. Hier vind je alvast een gedetailleerd overzicht van waar elk stuk eigenlijk vandaan komt.
De keuze is reuze - Welk stuk is het juiste?
Theoretisch kan men uit elk deel van het rundvlees biefstuk snijden! Deze uitspraak helpt je echter niet echt verder, toch? Je wilt een biefstuk die boterzacht is en een geweldige smaak heeft! Daarvoor lenen sommige delen zich natuurlijk beter dan andere. Vooral voor biefstukken die kort worden gebakken of gegrild (dus niet urenlang gemarineerd of gerookt hoeven te worden om het vlees mals te maken) zijn bepaalde stukken bijzonder geschikt.
Ik heb de meest gangbare snitten voor je opgesomd, zodat je je beter kunt oriënteren bij de vleesafdeling of nog gerichter advies kunt vragen aan de slager (want jouw slager weet meestal het meest):
- Rib-Eye Steak (Delmonico/Entrecôte/Hohe Rippe): De koningin onder de steaks is de Rib-Eye. Afkomstig uit de achterste nek (net voordat het rosbief begint), overtuigt het steak fans vooral door zijn karakteristieke smaak. De naam is afgeleid van het verplichte vet oog in de steak (Eye).
- Striploin Steak (Lendensteak/Roastbeef/New York Strip): Deze klassieker wordt gesneden van het achterste deel van het Roastbeef (bij andere sneden vaak ook van de heup). Het Lendensteak is in essentie een T-Bone Steak. Echter wordt het zonder bot en haas gesneden.
- T-Bone Steak (Roastbeef): Uit het achterste Roastbeef met bot gesneden. Aan de andere kant zit Filet. Beide stukken vlees worden gescheiden door het kenmerkende bot dat de vorm van een "T" heeft (vandaar de naam T-Bone).
- Porterhouse Steak (Roastbeef): Het neusje van de zalm voor alle vleesliefhebbers. De Porterhouse-cut is een groter stuk van de T-Bone Steak en kan wel tot 900 g wegen. Het vetgehalte is echter hoger dan bij de T-Bone cut. Dit gedeelte wordt overigens in Italië gebruikt als de klassieke "bistecca alla fiorentina"-cut.
- Tomahawk Steak: Het steak heeft zijn naam gekregen omdat het qua uiterlijk sterk doet denken aan een Indiaanse strijdbijl (tomahawk). Deze snit is een klassieke rib-eye steak waarbij het lange ribbeen aan het vlees blijft zitten.
- Tenderloin (Filet): Het filet is het meest verfijnde deel van een rund. Vrij van vet, spieren of pezen, het staat bekend om zijn boterachtige en fijne smaak, vooral geliefd bij meiden (geen grap, in sommige steakhouses vind je zelfs het 'Ladies Cut' terug op het menu). Meestal wordt filet mignon of kleinere tournedos geserveerd. Het Chateaubriand is het grootste gedeelte van het filet.
- Rund (Hüftsteak): Het Hüftsteak is vooral in Duitsland een absolute klassieker. Aan het begin van de achterbout wordt dit sappige steak gesneden. Het is relatief goedkoop in vergelijking met de andere bekende stukken.
- Lenden-/Runder Steak (Nuss/Kogel): Een zeer fijn en mager steak van de bil (uiteinde van de heup). De snit heeft een ronde vorm en wordt daarom in Duitstalige landen als kogel of noot aangeduid.
- Tri Tip (Bürgermeister- oder Pastorenstück): Het Bürgermeisterstück is het edelste gedeelte van de heup (het ligt aan de binnenkant, eigenlijk achter het been). De naam van deze snit is afkomstig van het feit dat het vroeger uitsluitend werd gereserveerd voor de burgemeester of pastoor van een stad. De Engelse naam Tri-Tip is wat pragmatischer - het verwijst naar de driehoekige vorm van het stuk.
- Top Butt Cap (Tafelspitz/Hüftdeckel): De Hüftdeckel ligt aan het einde van de runderheup bovenop. In veel traditionele gerechten wordt dit zeer malse en fijne vleesstuk gekookt of in de oven gestoofd in bouillon. Misschien herken je het nog van bezoeken aan oma. Maar ook steakstukken van de Tafelspitz zijn uitstekend geschikt om kort te grillen.
- Flank Steak (flanklap): De \"dünnung\" wordt in Duitsland helemaal niet gebruikt. Tot nu toe. Want door dit stuk flank te roken of marineren en kort te grillen, ben je helemaal bij de trend. Op deze manier wordt het stevige vlees lekker mals.
- Hanger Steak (Nierenzapfen/Onglet/Hanging Tender): Ook deze snit is in Duitsland verre van gebruikelijk. Het steak wordt gesneden uit de Zwerchfellpfeiler. Vaak wordt het ook aangeduid als lendenstuk van het Zwerchfell. Het vlees is eigenlijk vrij taai en wordt door een grote pees doorkruist. Echter, wanneer je dit stuk een nacht lang zout en marineert, krijg je geweldige kort gegrilde steaks met een fantastische smaak.
Als je meer informatie wilt over de kwaliteit van vlees en dierenwelzijn, neem dan een kijkje in mijn Burger Patty Guide waar ik er wat uitgebreider op in ga.
Exclusieve excursie - De duurste steaks ter wereld
Wagyu (Kobe-vlees)
Het beste en duurste vlees komt veruit uit Japan. Om precies te zijn uit de havenstad Kobe. Het runderras "Wagyu" wordt al honderden jaren gefokt in een klein dal nabij Osaka. Het bijzondere aan dit vlees is de intramusculaire vetdooradering (marmering in het vlees). Het vet zit niet aan de buitenkant van het vlees, maar zit volledig geïntegreerd in het vlees. Als je naar een Kobe-biefstuk kijkt, lijkt de structuur op marmer. Deze infiltratie is enerzijds kenmerkend voor het Wagyu-ras, anderzijds is het het resultaat van hard werk. De runderen worden behandeld als koningskinderen. Elk rund wordt gevoerd met alleen het beste rijststro, aardappelen en bieten. Als voorgerecht krijgen ze dagelijks een biertje om de eetlust te stimuleren. De runderfokkers masseren de Wagyu's dagelijks urenlang met sake en een speciale handschoen die de groei van intermusculair vet stimuleert.
Dergelijke zorg heeft veel tijd nodig. In Japan komen daarom jaarlijks slechts ongeveer 1000 dieren op de markt die uitsluitend bestemd zijn voor de Japanse markt. In andere landen komen nakomelingen op tafel die zijn gekruist met de rassen Black Angus of Hereford. Hoewel dat niet het origineel is, kost een dergelijke biefstuk dan ook niet direct 250 €.
Black Angus
De kwaliteit van het Argentijnse rundvlees is wereldwijd bekend. Argentijnse steakhouses zijn terecht trots op het premium vlees uit hun eigen land. Het ras Black Angus komt oorspronkelijk uit het Schotse Aberdeen. In de Argentijnse Pampa hebben de bijna 50 miljoen runderen praktisch onbeperkte ruimte. Het gebied is namelijk zo groot als Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk samen. De "Hilton Cuts", oftewel de beste stukken vlees van de runderen, worden over de hele wereld verscheept naar restaurants, hotels en slagerijen.
USDA Prime
Het 'United States Department of Agriculture' (USDA) reguleert de hele Amerikaanse vleesmarkt. Elk rund wordt gecontroleerd door dit agentschap voordat het bij de klant terechtkomt. De ongeveer 97 miljoen runderen in de VS zijn meestal Schotse Black Angus- of Ierse Hereford runderen. Bovendien classificeert het USDA strikt de kwaliteit van het vlees. "Canner", "Cutter", "Utility" en "Commercial" worden verwerkt tot gehakt, burgers of worsten. "Standard", "Select" en "Choice" belanden in warenhuizen of supermarkten. USDA "Prime" is het absolute topvlees. Het wordt geleverd aan grote restaurants, luxe slagerijen en voor export.
Chianina
Het Razza Chianina rund is een van de oudste en sterkste runderrassen. Al in het Romeinse Rijk werden ze gebruikt als trekdieren en kunnen deze runderen wel tot 1,5 ton wegen. Zelfs een Romeinse familie zal hier genoeg aan hebben. De absolute klassieker van de Italiaanse keuken is de „bistecca alla fiorentina“, een T-bone steak van ongeveer 600-800 gram. Als je in Italië zo'n joekel wilt verorberen, let er dan op dat er bij de ingang van het restaurant een sticker met de tekst "amici della chianina" hangt (vrienden van de Chianina-runderen). Alleen in deze restaurants wordt nog dit zeldzame vlees geserveerd. Dat zie je natuurlijk ook terug in de prijs, dat snap je.
Kabier (Kalf ontmoet bier)
Deze speciale kruising van Limousin-, Angus-, Wagyu-runderen en Braunvieh is de Zwitserse variant van de Kobe-runderen. Net zo zorgzaam als de Japanners, zorgen de boeren in het kanton Appenzell-Buitenrod te voor hun kalveren. De boerderij levert ingrediënten aan een nabijgelegen brouwerij. Met de hand gemasseerd en gevoerd met bostel (overgebleven mout, restanten van het bierbrouwen), bierbeslag en biergist, verovert het gemarmerde vlees momenteel heel Europa en de wereld.
Txogitxu/Txuleta-Steak
Nou, wat is dat? De edele steaks uit het Baskenland (Spanje) worden momenteel beschouwd als het beste vlees ter wereld. De naam Txogitxu (uitgesproken als Tschojitschu) was aanvankelijk slechts de naam van een grote slagerij. Het vlees is afkomstig van oude uitgerangeerde melkkoeien. In tegenstelling tot de traditionele vleesproductie, waarbij jonge vaarzen (koeien die nog niet gekalfd hebben) tot steak worden verwerkt, heeft deze "koe-oma" 5-10 levensjaren achter de rug waarin ze meerdere keren gekalfd heeft. Het vlees is intens rood, gemarmerd en heeft een geelachtige wasachtige vetlaag, die op de hand begint te smelten en een onweerstaanbare geur van hooi en gras achterlaat. De koeien leiden een dierwaardig leven op vrije weiden, kalveren, geven melk en voeden zich met gras en wilde kruiden.
Het draait allemaal om de grootte - Hoe dik moet mijn steak zijn?
Dunne steaks garen snel door tijdens het bakken in de pan of op de grill. Er is weinig speelruimte voor de exacte kookgraad. Koop daarom bij de slager een stuk vlees dat ongeveer 3-4 cm dik is (ongeveer 2-3 vingers als maatstaf.) Om ervoor te zorgen dat je steak een knapperige korst krijgt en van binnen lichtroze blijft, moet het gewoon iets dikker zijn. Het kan er misschien heel machtig uitzien voor ons Europeanen (een echte Amerikaan zou ons uitlachen en dat 'stukje vlees' aan zijn hond geven om op te eten). Koop daarom liever een echt mooi stuk vlees en deel het met je gasten, in plaats van iedereen een dun lapje te serveren.
Waar moet ik op letten bij het kopen van vlees?
- De kwaliteit van het vlees is cruciaal voor de uiteindelijke smaakervaring. Natuurlijk kost een premium steak veel meer geld dan een vacuümverpakt stuk vlees uit de supermarkt. Belangrijke factoren voor de hogere kwaliteit en de daarmee gepaard gaande hogere prijs zijn de levensomstandigheden van de dieren, voeding en leeftijd evenals ras en rijping. Het vergt tijd, geld en veel werk om van het beste basisproduct een topvlees te maken. Aan de andere kant staat de intensieve veehouderij, die snel op grote schaal produceert en goedkoop vlees levert. De stukken zijn misschien wel goedkoop, maar bieden ook een kwaliteit die deels niet acceptabel is. Laat staan een diervriendelijke veehouderij.
Dit is als het verschil tussen een Ferrari en een Trabant. In de een zitten de beste materialen, onderzoek, tijd en vakmanschap. In de ander zit ... eh ... karton. Met vlees is het eigenlijk hetzelfde. In tegenstelling tot een echt goed stuk biefstuk smaakt het vlees uit de supermarkt gewoon als karton. Daarom is het beter om eens te investeren en gelukkig te zijn, dan voortdurend zuinig te zijn en ongelukkig te leven (zelfs als je het tot nu toe niet wist). Dat zou je zelf meer dan waard moeten zijn.
- Als je geen goede slager in de buurt hebt of echt een bijzonder stukje steak wilt proberen, kijk dan eens op internet rond. Er zijn inmiddels een aantal grote en betrouwbare online handelaren, zoals bijvoorbeeld Don Carne, die vacuümverpakt en gekoelde premiumstukken per post naar je huis sturen.
- Vet is koning! In Duitsland is het helaas al lange tijd een trend om runderen zo mager mogelijk te fokken. Bij ons associeert men vet in vlees direct met vet op de heup, cholesterol en verstopte aderen. Bij de slager zul je maar weinig stukken vinden die dooraderd zijn met vet of waar dikke zwoerden vet bovenop zitten. Dat wordt allemaal keurig weggesneden. Maar vet geeft smaak.
- Koop daarom altijd vlees met dooradering (intramusculair vet). Waarom is dat belangrijk? Bij het bakken of braden smelt het, wordt zacht en maakt je steak daardoor botermals en sappig. Vet beschermt je dus tegen droge en teleurstellende smaakervaringen. Dus als je de mogelijkheid hebt, kies dan altijd voor het vettere stuk vlees!
Het zoutdilemma - Wanneer moet ik mijn steak precies zouten?
Vraag 5 mensen en je krijgt 5 verschillende meningen. Moet ik mijn steak direct voor het bakken zouten? Of enkele uren van tevoren? Of pas in de pan? Of helemaal niet zouten? Dit is allemaal een beetje verwarrend. Maar maak je geen zorgen, we zijn op de goede weg. Korte antwoord voor ongeduldigen: zout je steak direct voor het bakken of geef het zoutproces minimaal 40-50 minuten de tijd. Volgens kok en auteur Kenji-López-Alt is het resultaat zelfs nog beter als je de osmose 24-48 uur of zelfs langer de tijd geeft.
MIJN TIP:
Je krijgt natuurlijk ook fantastische resultaten als je je steak pas vlak voor het grillen zout. Maar probeer het de volgende keer gewoon eens uit als je de tijd hebt.
"Osmo" wat? Laten we eerst eens kijken wat er eigenlijk gebeurt wanneer je je steak "zout":
- Als je zout (natriumchloride) op je vlees strooit, komen de zoutkristallen op het oppervlak terecht en nestelen zich daar aan het oppervlak. Nou ja, niet helemaal. Ze beginnen vocht aan het vlees te onttrekken (dat heet osmose). Het vocht komt uit de bovenste poriën en vermengt zich met de zoutkristallen. Op dit punt ziet het eruit alsof je biefstuk een halve marathon heeft gelopen en flink aan het zweten is.
- Met de tijd lossen de zoutkristallen op en vormen ze samen met het vocht een soort "zoutachtig sap" (na ongeveer 20-30 minuten). En het klopt dat als je nu het vocht afveegt of de biefstuk in de hete pan legt, het resultaat droog zal zijn. De zoutoplossing zal verdampen en het oppervlak droog achterlaten. Een soort van verlaten land!
- Daarom moet je het geheel wat meer tijd geven, totdat de osmose is voltooid. Want de zoutoplossing begint de eiwitketens aan het oppervlak van het vlees te beschadigen en in het oppervlak door te dringen (‘osmos’, Grieks voor doordringen). Hierdoor wordt je vlees niet alleen tenger, maar ook homogeen en aangenaam zoutig.
- Stel je dit proces gewoon even beeldend voor om het beter te begrijpen. Jij (het zout) wilt naar een geweldig afterparty, maar je hebt geen van die verplichte VIP-bandjes. Maar je weet dat het feest met jou erbij gewoon veel homogener wordt. Helaas kom je langs de beveiliger (celmembraan) niet zomaar binnen. Hij doet helaas zijn werk goed. Maar gelukkig heb je een vriendin (het water) die als relschopper met de band meereist en backstage is. Ze laat je even wachten, maar komt na ongeveer 50 minuten eindelijk naar buiten, begroet en omhelst je, zodat de beveiliger ziet dat jullie elkaar kennen, neemt je bij de hand en voordat je het weet ben je binnen en is alles cooler en beter dan daarvoor! Sweet, toch? Nou ja, beter gezegd, salty, toch?! Zo noem ik pas geleefde osmose!
MIJN TIP:
In veel kookboeken staat dat osmose het binnendringen van zout in het oppervlak van het vlees beschrijft. Dat is niet helemaal juist. Het gezouten water komt heel eenvoudig door poriën, capillairen of kleine scheurtjes in het oppervlak. Osmose helpt het zout echter om door het celmembraan in de spiervezelproteïnen te komen en deze langzaam af te breken. Zout kan echter niet toveren. Je zult niet opeens een premium steak op je bord hebben liggen als je je vlees bij de supermarkt hebt gekocht. Televisiekoks (die allemaal in restaurants hebben gewerkt, of dat nog steeds doen) geven meestal het advies om pas vlak voor het braden te zouten. Dat is ook wel logisch. In een lopend restaurant worden à la carte gerechten vers bereid na bestelling. Er zou simpelweg tijd ontbreken om een steak precies op tijd te kruiden. Bovendien moeten de gerechten op tv altijd snel en gemakkelijk te koken zijn. Daar ontbreekt eenvoudigweg de tijd om het vlees nog eens snel 2 dagen in de koelkast te laten liggen bij een recept van 15 minuten.
NOG EEN TIP VAN MIJ:
Kosjer zout: Als je Amerikaanse kookboeken gebruikt of op Amerikaanse voedselwebsites surft, ben je vast de term "kosher salt" tegengekomen. Kosjer zout is niets anders dan grof zeezout. Amerikanen noemen dit type zout vaak specifiek om gerechten op smaak te brengen. De naam van het zout is echter niet afkomstig van het productieproces, maar van het daadwerkelijke gebruik ervan. Zout is van nature koosjer. Het bevat geen toevoegingen zoals jodium of antiklontermiddelen. In sommige religies, vooral het jodendom, is het verboden om bloed te eten. Daarom worden vleesstukken na het slachten bestrooid met grof zout, dat alle bloedresten absorbeert. Gewoon tafelzout zou te fijn zijn voor dit proces omdat het zou oplossen en in het vlees zou trekken; osmose! Komt dat bekend voor?
Welk zout moet ik gebruiken voor mijn steak?
De selectie van zout is tegenwoordig enorm groot en verwarrend. Zelfs in de supermarkt op de hoek staan tegenwoordig Cypriotische piramidezouten zij aan zij met groen Hawaïaans bamboezout. Daar sta je dan verlegen met je Bad Reichenhaller jodiumzout in je hand voor het schap en denk je terecht "Hè? Wat is dit allemaal?" En waarom staat er op de verpakking dat het zout miljoenen jaren oud is en plakt er naast een sticker met "Houdbaar tot 2020"? Die laatste vraag heeft te maken met onze voedselwetgeving. Zout kan niet bederven, maar elk voedingsmiddel in Duitsland moet een houdbaarheidsdatum hebben. Ja, dat is echt tegenstrijdig ... maar ook een beetje grappig! Voor alles een kleine poging tot verduidelijking:
Alle zouten smaken zout! (Een tromgeroffel alsjeblieft! Ta-taaaa!). Dit is echt wat ze allemaal gemeen hebben. Afhankelijk van het gerecht is fijn gemalen zout of grof zout geschikt - of een combinatie van beide. Voor een biefstuk is het aan te raden om voor het kruiden vóór het koken fijn zout te gebruiken en voor het bijkruiden op tafel mild grof zout, zodat de smaak van je perfect gegrilde biefstuk niet overheerst wordt.
Om je een idee te geven van waar de zoute verschillen eigenlijk liggen, zijn hier 4 voorbeelden van zouten die uit ervaring heel goed samengaan met een sappige biefstuk.
- Zeekristallen - worden gewonnen uit kunstmatige zoutvelden. Door wind en zon verdampt het zeewater in de bassins en laat zoutkristallen achter.
- Fleur de Sel - De "bloem van het zout" is het duurste zeezout. Op winderige dagen vormen zich tijdens het verdampen kleine "zoutbloemen". Deze worden met de hand door de zoutboeren afgeschept en gedroogd. Het heeft een zeer milde smaak en wordt uitsluitend gebruikt als tafelzout.
- Rood Hawaïaans zout - Het zout dat op Molokai wordt geproduceerd, krijgt zijn unieke smaak door het vulkanische leem. Het bevat tot wel 80 verschillende mineralen en sporenelementen.
- Steenzouten - worden traditioneel geklopt uit zoutafzettingen. Deze kristallagen bestaan al miljoenen jaren. Het zout wordt meestal gewonnen in zoutmijnen, naar boven gehaald en gereinigd.
- Murray River zout - Dit Australische zout wordt gewonnen uit een zoutoplossing in het Murray-rivierbekken. De lichte roze kleur ontstaat door caroteen en een bepaalde algensoort die zich in het sediment bevindt. De vlokkerige structuur en de aangenaam milde zoutigheid zijn kenmerkend.
- Zilver Kristalzout - Het Zuid-Afrikaanse zout wordt gewonnen in de Kalahari-woestijn. Het zout is puur en vrij van enige verontreinigingen en wordt beschouwd als een van de oudste zouten ter wereld. Het bevat meer dan 80 verschillende sporenelementen. De smaak is zeer mild en licht zoet.
Steak laten drogen.
Hoe droog je het vlees? Wordt het vlees dan niet slecht? Nee, integendeel. Alleen het oppervlak droogt op. Voor het bereiden van je steak is een droog vleesoppervlak absoluut de beste voorwaarde, omdat de meeste energie wordt gebruikt om het vleesvocht aan het begin te laten verdampen tijdens het braden. Pas daarna komt de hitte bij het vlees en wordt je steak bruin. Als er minder vloeistof is, kan de energie direct worden gebruikt om een heerlijke korst te maken. En het verschil is echt merkbaar. Als je tijd hebt, probeer het dan zeker uit:
Leg je steak gedurende 24-72 uur open (zonder folie, handdoek, enz.) op een rooster in de koelkast. Hierdoor droogt het oppervlak uit, zal je steak wat donkerder worden en licht taai aanvoelen. Dat hoort allemaal zo. Als je het steak vervolgens in de loeiend hete pan legt, komt er bijna geen vleessap meer uit.
SO, nu weet je tenminste hoe je zo'n mooi stuk rundvlees goed voorbereidt. In het tweede deel van mijn grote Steak-Guide gaat het dan eindelijk over de bereiding! Je leert hoe je steaks goed kunt bereiden in de pan, op de grill, met de keramische brander en Sous Vide en zelfs gefrituurd. Ook zal ik je een paar praktische Trucs en tips laten zien voor jouw vleesbereiding en afrekenen met de meest gangbare Steak-mythen. Laten we beginnen!